Sezen Originals
“Wat bedoelen jullie eigenlijk met wisselwerking?” is een vraag die we vaak krijgen. Dat is opmerkelijk, want wisselwerking is de bron van alle leven. Wie biodiversiteit wil beschermen, wie wil dat het klimaat niet verder opwarmt, wie menselijker met anderen wil omgaan, ontkomt er niet aan van wisselwerking uit te gaan. Als je uitgaat van wisselwerking is leven met context verknoopt.
betekenis: als ordening / als invloed
wisselwerking en potentie tot evolutie
rationele betekenisgeving
denken: wisselwerking in je brein
grondvormen van betekenisgeving:
—–– evolutionair
—–– groepssociaal
—–– (geïndividualiseerd) sociaal
—–– zelfreferentieel / zelfreferentialiteit
stadiumgewijze evolutie
oriëntatie
intern / extern georiënteerd
overzicht
toestand
realiteit / werkelijkheid
vormen van pragmatisme:
—–– evolutionair
—–– groepssociaal
—–– sociaal
—–– zelfreferentieel
—–– rationeel
mens-en-contextgedreven werken
systeemgedreven / contextgedreven
definitie van de situatie
rationaliteitswig
Een voorbeeld: mensen zeggen geen vertrouwen meer te hebben in de politiek. Wat ze ermee bedoelen kunnen ze meestal niet omschrijven. Ze vinden wel dat heel veel anders moet. Verlies van vertrouwen kun je pas duiden als je herkent hoe verschillend politici en de samenleving aan verschijnselen en zaken betekenis geven.
Betekenis kan ook staan voor invloed. Invloed ervaar je in wat je waarneemt en voortdurend verandert, in ervaren dat je leeft. In wisselwerking kan ontstaan wat er eerder niet was. Er zijn in de loop van de tijd vormen van leven ontstaan die zich steeds vernieuwen en aanwezig blijven. We zeggen: wat is ontstaan ‘is geëvolueerd’. Iedereen kan waarnemen dat in wisselwerking de potentie tot evolutie huist.
In wisselwerking zijn met de omgeving wil zeggen dat je (al dan niet bewust) reageert op de invloed van een verschijnsel. Bijvoorbeeld een regenbui, wind, zonlicht, de geur van je moeder, een vlinder die op een bloem landt. De invloed die je eraan toekent is dat het omstandigheden zijn waarin je leeft en die leven geven. Je geeft je eraan over, leert ermee om te gaan. Meestal doe je dat zonder woorden, wat vaak wordt opgevat als dat je er geen betekenis aan geeft.
In wisselwerking gaat de meeste aandacht en energie uit naar verschijnselen waarop je zelf van invloed bent of kunt zijn. Dat is in onze cultuur bijna altijd wisselwerking met andere mensen. Die kunnen op jouw invloeden reageren, waarop jij weer kan reageren, en waarop al wat leeft in die omgeving kan reageren, enz. Ook in die wisselwerking neem je waar of verwacht je dat er een potentie tot evolutie in huist.
Er is nog een derde patroon dat in wisselwerking zichtbaar wordt. Vanaf de geboorte komt wisselwerking met de omgeving op gang die je vooral met ouders, broers en zussen en later met nog andere mensen deelt. Op ongeveer 2,5 jarige leeftijd wordt identiteit bij kinderen zichtbaar. Het wil zeggen dat een kind in staat is vanuit zichzelf betekenis aan verschijnselen en invloeden te geven. We noemen dat: zelfreferentiële betekenisgeving. Zelf-referentieel wil zeggen: verschijnselen die in wisselwerking met de omgeving ontstaan ken je invloed toe die refereert aan wat je er in jezelf van ervaart. Betekenis die zo ontstaat noemen we: gevoelens, identiteit, persoonlijkheid, eigen smaak. Uitingen waarin je zelfreferentiële betekenisgeving herkent noemen we zelfreferentialiteit. Je merkt dat het in deze tijd bij steeds meer mensen hun gedrag kenmerkt.
De meeste herken je direct. Zo zal iemand vanuit zelfreferentialiteit vol wensen zitten. Met gebruik van rationaliteit worden die wensen in doelen omgezet. In ons hoofd lopen die twee vormen van betekenisgeving door elkaar. Je bedenkt iets, maakt plannen, afwegingen, je stelt je dingen voor die er in de realiteit (nog) niet zijn. Anderen zien die wensen en ideeën niet, ze zien alleen wat je concreet doet: je formuleert mijlpalen, schrijft schema’s op met tijdstippen en geldbedragen. Je schrijft teksten, maakt tekeningen, je overlegt met anderen over analyses en verbeteringen. Je bent rationeel pragmatisch bezig.
Sociaal pragmatisme samen met evolutionair pragmatisme brengt ons bij mens-en-contextgedreven werken. Dat introduceerden we in 2008. Je merkt dat iemand jouw hulp kan gebruiken in diens wisselwerking met de omgeving. Kenmerkend is je verplaatsen in iemands oriëntatie en gemoedstoestand om te doen wat helpt vanuit die persoon gezien, het uitlezen van context, het doorgronden van wat in die context bij die persoon kon ontstaan, het beïnvloeden van die context en die persoon zodat die (weer) op eigen benen kan staan. Om contextgedreven te kunnen werken staat evolutionair pragmatisme voorop. Om mensgedreven te werken staat sociaal pragmatisme voorop.
In groepssociaal pragmatisme ontwikkelen familie en verwanten een band met elkaar die het mogelijk maakt als groep te opereren. De groep geeft de leden identiteit en bescherming. Wat je aan de wereld bijdraagt is voor en van de groep.
Een vorm van pragmatisme kan als definitie van de situatie in een organisatie of groep worden ingesteld. De leiding in een organisatie, de leerkracht voor de klas, hoofd van de familie, degene met de meeste macht in huis of op straat, het bestuur in een vereniging, politici, de rechter in de rechtszaal hebben allemaal een positie om een definitie van de situatie in te stellen. Machtsstrijd ontstaat als partijen verschillen over de vraag welke definitie van de situatie moet gelden. In westerse culturen wordt de machtsstrijd nu vooral gevoerd over de vraag of van wisselwerking of van ordeningen moet worden uitgegaan. Als van ordeningen wordt uitgegaan noemen we de inrichting systeemgedreven. Dan zijn rationeel en zelfreferentieel pragmatisme van de leiding bepalend. Als van wisselwerking wordt uitgegaan noemen we het contextgedreven en is sociaal en evolutionair pragmatisme van medewerkers leidend.
Wil je meer weten over vormen van betekenisgeving en hoe die zich in oriëntaties bij mensen manifesteren? Zie Voorbij het vanzelfsprekende (2014?).
Realiteit en Werkelijkheid (2022) biedt achtergronden en het meest actuele gebruik van deze begrippen in talrijke situaties in ons dagelijks leven en de samenleving. Het omvat voorstellingen en de vormen van pragmatisme voor een hoopvolle toekomst.
Los het nou gewoon op!? (2023) gebruikt deze inzichten in actuele vraagstukken om uit de problemen te komen.
Sezen
Originals
betekenis:
—–– als ordening
—–– als invloed
denken: wisselwerking in je brein
wisselwerking en potentie tot evolutie
rationele betekenisgeving
grondvormen van betekenisgeving:
—–– evolutionair
—–– groepssociaal
—–– (geïndividualiseerd) sociaal
—–– zelfreferentieel / zelfreferentialiteit
stadiumgewijze evolutie
oriëntatie
intern / extern georiënteerd
overzicht
toestand
realiteit / werkelijkheid
vormen van pragmatisme:
—–– evolutionair
—–– groepssociaal
—–– sociaal
—–– zelfreferentieel
—–– rationeel
mens-en-contextgedreven werken
systeemgedreven / contextgedreven
definitie van de situatie
rationaliteitswig
Een voorbeeld: mensen zeggen geen vertrouwen meer te hebben in de politiek. Wat ze ermee bedoelen kunnen ze meestal niet omschrijven. Ze vinden wel dat heel veel anders moet. Verlies van vertrouwen kun je pas duiden als je herkent hoe verschillend politici en de samenleving aan verschijnselen en zaken betekenis geven.
Betekenis kan ook staan voor invloed. Invloed ervaar je in wat je waarneemt en voortdurend verandert, in ervaren dat je leeft. In wisselwerking kan ontstaan wat er eerder niet was. Er zijn in de loop van de tijd vormen van leven ontstaan die zich steeds vernieuwen en aanwezig blijven. We zeggen: wat is ontstaan ‘is geëvolueerd’. Iedereen kan waarnemen dat in wisselwerking de potentie tot evolutie huist.
In wisselwerking zijn met de omgeving wil zeggen dat je (al dan niet bewust) reageert op de invloed van een verschijnsel. Bijvoorbeeld een regenbui, wind, zonlicht, de geur van je moeder, een vlinder die op een bloem landt. De invloed die je eraan toekent is dat het omstandigheden zijn waarin je leeft en die leven geven. Je geeft je eraan over, leert ermee om te gaan. Meestal doe je dat zonder woorden, wat vaak wordt opgevat als dat je er geen betekenis aan geeft.
In wisselwerking gaat de meeste aandacht en energie uit naar verschijnselen waarop je zelf van invloed bent of kunt zijn. Dat is in onze cultuur bijna altijd wisselwerking met andere mensen. Die kunnen op jouw invloeden reageren, waarop jij weer kan reageren, en waarop al wat leeft in die omgeving kan reageren, enz. Ook in die wisselwerking neem je waar of verwacht je dat er een potentie tot evolutie in huist.
Er is nog een derde patroon dat in wisselwerking zichtbaar wordt. Vanaf de geboorte komt wisselwerking met de omgeving op gang die je vooral met ouders, broers en zussen en later met nog andere mensen deelt. Op ongeveer 2,5 jarige leeftijd wordt identiteit bij kinderen zichtbaar. Het wil zeggen dat een kind in staat is vanuit zichzelf betekenis aan verschijnselen en invloeden te geven. We noemen dat: zelfreferentiële betekenisgeving. Zelf-referentieel wil zeggen: verschijnselen die in wisselwerking met de omgeving ontstaan ken je invloed toe die refereert aan wat je er in jezelf van ervaart. Betekenis die zo ontstaat noemen we: gevoelens, identiteit, persoonlijkheid, eigen smaak. Uitingen waarin je zelfreferentiële betekenisgeving herkent noemen we zelfreferentialiteit. Je merkt dat het in deze tijd bij steeds meer mensen hun gedrag kenmerkt.
Om een toestand te doorgronden – waar het vastloopt en hoe het losgetrokken kan worden – is het nodig dat je de relatie met vormen van betekenisgeving in het handelingsrepertoire van mensen herkent. We verwoorden handelingsrepertoire in vormen van pragmatisme. We noemen ze: evolutionair, sociaal, zelfreferentieel en rationeel pragmatisme, naar de vormen van betekenisgeving waarmee ze verbonden zijn.
De meeste herken je direct. Zo zal iemand vanuit zelfreferentialiteit vol wensen zitten. Met gebruik van rationaliteit worden die wensen in doelen omgezet. In ons hoofd lopen die twee vormen van betekenisgeving door elkaar. Je bedenkt iets, maakt plannen, afwegingen, je stelt je dingen voor die er in de realiteit (nog) niet zijn. Anderen zien die wensen en ideeën niet, ze zien alleen wat je concreet doet: je formuleert mijlpalen, schrijft schema’s op met tijdstippen en geldbedragen. Je schrijft teksten, maakt tekeningen, je overlegt met anderen over analyses en verbeteringen. Je bent rationeel pragmatisch bezig.
In groepssociaal pragmatisme ontwikkelen familie en verwanten een band met elkaar die het mogelijk maakt als groep te opereren. De groep geeft de leden identiteit en bescherming. Wat je aan de wereld bijdraagt is voor en van de groep.
Wil je meer weten over vormen van betekenisgeving en hoe die zich in oriëntaties bij mensen manifesteren? Zie Voorbij het vanzelfsprekende (2014?).
Realiteit en Werkelijkheid (2022) biedt achtergronden en het meest actuele gebruik van deze begrippen in talrijke situaties in ons dagelijks leven en de samenleving. Het omvat voorstellingen en de vormen van pragmatisme voor een hoopvolle toekomst.
Los het nou gewoon op!? (2023) gebruikt deze inzichten in actuele vraagstukken om uit de problemen te komen.