Twee jaar geleden ontfermden buurtbewoners uit mijn wijk zich over een perenboomgaard die er op dat moment verwaarloosd bijstond. Op één of andere manier had de groeistad waar ik woon deze boomgaard nooit bebouwd. Nu spelen er kinderen, zijn er vrijwilligers bezig met alles wat nodig is, hebben verschillende mensen er een moestuintje, verkoopt de lokale Albert Heijn het perensap en schenkt de gemeente dat op haar borrels. We lopen de boomgaard in. Overal verspreid liggen inmiddels zakken mestkorrels. De vrijwilligers die normaal gesproken zouden snoeien, hadden de lading ontdekt en bedacht dat dit klusje eerst moest. Alles op zijn tijd; doen wat nodig is, geen probleem. Het levert een prachtige plek op met mensen die er graag zijn.
