Een leraar van een basisschool vertelde me dat hij een behoorlijke aanvaring met zijn collega leraren had. “Ze trainen hun leerlingen voor de Cito-toets. Ze kijken wat daar gevraagd wordt en passen hun lessen daarop aan. De Cito-score moet zo hoog mogelijk zijn, want de school wordt er door ouders op afgerekend.
Daar doe ik niet aan mee. Ik volg mijn lesprogramma en zie de Cito-scores als één van de indicaties hoe het gaat. Daarbij verwacht ik niet dat alle leerlingen hoge ogen gooien. In mijn klas zitten ook kinderen die later vuilnis ophalen of buschauffeur worden, maar dat willen ouders niet horen.
Sterker nog: lage rapportcijfers zijn volgens de ouders mijn probleem. Ik heb net de rapporten geschreven en weet nu al wie er maandag verhaal komen halen. Mijn directeur doet dat dan nog eens dunnetjes over. Ik vraag me zo langzamerhand af of ik de enige ben die uitgaat van de kinderen en wat ze kunnen.”